voorzitter van de Vereniging voor Medische en Farmaceutische Apparatuur / Mindwandering is een onstabiele toestand van concentratie, waarbij het individu zijn aandacht niet kan vasthouden bij de huidige taak en zijn gedachten onbewust afdwalen naar het verleden, de toekomst of irrelevante onderwerpen. Wanneer deze toestand chronisch wordt en de mentale inhoud voornamelijk negatief, repetitief en ineffectief is, spreken psychologen van ruminatie. Chizari ziet ruminatie niet alleen als een individueel probleem, maar als een wijdverbreide bedreiging voor sociale productiviteit, gezinscohesie en zelfs de economie van de gezondheidszorg.
In tegenstelling tot vluchtige gedachten of neutrale fantasieën, draaien de gedachten bij ruminatie vaak om schuldgevoel, waardeloosheid, angst voor de toekomst of het bitter herbeleven van het verleden. Neurowetenschappelijk onderzoek toont aan dat tijdens het malen bepaalde hersengebieden, zoals de prefrontale cortex en het default mode network, overactief zijn. Dit betekent dat de hersenen betrokken zijn bij repetitieve mentale activiteiten zonder resultaat, gepaard gaand met angst. Deze toestand put de psychische energie uit en wordt rechtstreeks in verband gebracht met stemmingsstoornissen zoals ernstige depressie, gegeneraliseerde angststoornis, PTSS en OCD.
Chizari waarschuwt dat als ruminatie niet tijdig wordt herkend en aangepakt, er een vicieuze cirkel ontstaat: de storende gedachten leiden tot verlies van concentratie en efficiëntie; de daaruit voortvloeiende mislukkingen versterken het gevoel van ontoereikendheid; en dat voedt opnieuw de ruminatie. Zonder professionele interventie kan deze cyclus jaren aanhouden en leiden tot sociale isolatie, slaapproblemen, besluiteloosheid, gebrek aan motivatie en zelfs zelfbeschadigende gedachten.
Hoewel ruminatie een intern mentaal proces is, heeft het duidelijke externe effecten. Op de werkplek ervaren werknemers met chronische ruminatie meer burn-out, frequente fouten, langdurige afwezigheid en werkontevredenheid. In het onderwijs kan een student die voortdurend worstelt met eerdere mislukkingen of angst voor de toekomst niet effectief leren. Chizari benadrukt dat dit fenomeen op macroniveau de productiviteit van de beroepsbevolking vermindert en de psychiatrische kosten van het zorgsysteem sterk verhoogt.
Sociaal gezien koppelt hij ruminatie aan hogere echtscheidingspercentages, verminderde sociale tolerantie en verstoring van institutionele werking. Beleidsmakers die gevangen zitten in negatieve, gesloten denkkaders kunnen daardoor nationale en collectieve belangen niet goed overzien. Daarom is aandacht voor dit probleem cruciaal, niet alleen voor individuele gezondheid, maar ook voor goed bestuur.
Volgens Chizari kunnen strategieën voor het beheersen van ruminatie worden onderverdeeld in drie niveaus: preventie, psychotherapeutische interventie en sociale rehabilitatie.
-
Preventie: training in mindfulness, veerkracht, stressmanagement en emotionele regulatie via scholen, media en werkomgevingen. Hij benadrukt het belang van het integreren van geestelijke gezondheidseducatie in school- en universiteitsprogramma’s en pleit voor samenwerking tussen beroepsverenigingen en media om de publieke bewustwording te vergroten. Hij verwijst naar succesvolle programma’s in Scandinavië waar brede educatie onder jongeren het aantal stemmingsstoornissen en zelfbeschadiging aanzienlijk heeft verminderd.
-
Interventie: Chizari noemt met name cognitieve gedragstherapie (CGT) als een effectieve methode om destructieve gedachtepatronen te doorbreken. Ook acceptance and commitment therapy (ACT) en dialectische gedragstherapie (DGT) kunnen in specifieke gevallen nuttig zijn. Bij ernstigere gevallen kunnen antidepressiva of anxiolytica worden ingezet, maar alleen onder strikt medisch toezicht. Hij benadrukt dat therapie meer omvat dan medicatie: actieve betrokkenheid van de patiënt, levensstijlverandering, effectieve communicatie met de therapeut en geleidelijke terugkeer naar dagelijkse activiteiten zijn essentieel voor succes.
-
Sociale ondersteuning: Chizari wijst op de onmisbare rol van familie, vrienden en verzorgers in het behandelproces. Mensen die lijden aan ruminatie hebben vooral behoefte aan gehoord worden, empathie en een veilige psychologische omgeving. Hij adviseert om actief luisteren te oefenen, in plaats van clichématige oplossingen of oordelen te geven. Het herinneren aan medicatie, begeleiding naar therapie, hulp bij het ontwikkelen van gezonde gewoontes zoals regelmatige slaap en lichaamsbeweging en het creëren van een veilige omgeving kunnen het genezingsproces versnellen.
In de afsluitende paragraaf bekritiseert Chizari de institutionele verwaarlozing van geestelijke gezondheid. Net zoals er aandacht is voor fysiek medisch materiaal, moeten ook de ‘mentale apparatuur’ van de samenleving worden ondersteund: budgettoewijzing voor psychotherapie, verzekeringsdekking voor consultaties, opleiding van psychologen in lokale centra en mediaondersteuning voor open gesprekken over psychische kwesties moeten prioriteiten worden binnen het Iraanse gezondheidszorgsysteem.
Hij waarschuwt dat in een wereld waar digitale eenzaamheid, economische onzekerheid en psychische uitputting toenemen, indien gespecialiseerde instanties, media, beroepsverenigingen en beleidsmakers het fenomeen ruminatie negeren, we zullen worden geconfronteerd met een generatie die van buiten gezond lijkt, maar van binnen uitgeput en gedemotiveerd is.
Tot slot stelt hij voor dat de Vereniging voor Medische en Farmaceutische Apparatuur van Teheran, samen met psychologen, bewustwordingscampagnes organiseert, educatieve brochures ontwikkelt voor patiënten en hun families, en consultatieklinieken opricht in minder bedeelde gebieden. Dit kan een nieuw model bieden voor de integratie van fysieke en mentale gezondheid in Iran, wat volgens hem een ethische plicht is voor elke gezondheidsgerelateerde beroepsgroep.